In de verslaggeving over verkeersongevallen loopt het te vaak mis, vinden Wouter Florizoone en Dirk Lauwers. In deze opiniebijdrage pleiten ze voor een meer slachtoffergerichte berichtgeving.
Wanneer we over verkeersongevallen lezen, dan ontstaat al snel de perceptie: hier is technisch iets misgegaan. Een dode hoek of zo. Soms gaat het over een autoportier dat opengaat en een fietser die dat niet kan ontwijken. Of een voetganger die onder een vrachtwagen terechtkomt. Fietsers en voetgangers worden dus wel genoemd, over wat de autobestuurder deed, gaat het bijna nooit, zeker niet in de titels van die berichten. Zo ontstaat de perceptie dat wanneer voetgangers en fietsers sterven of zwaargewond geraken in een ongeval dat uitsluitend zijzelf een fout maakten of minstens te onvoorzichtig waren. De berichtgeving over de tol die het verkeer eist is momenteel op het eerste gezicht neutraal, maar is het - voor wie ze met een verkeerskundige bril leest - allerminst.
Laten we het hebben over wat we recent in de pers lazen. En ons schokte. De opening van het Batjesweekend in Roeselare, de laatste vrijdag van juni, verliep dramatisch voor Marthe, 23 jaar. Rond 0.30 uur reed ze met haar fiets langs de Meensesteenweg. Uit de andere richting kwam volgens getuigen een auto met gierende banden aan hoge snelheid van een rotonde af. De automobilist verloor de controle over het stuur en kwam aan de andere kant van de weg tegen een elektriciteitskast en een paal terecht. Net voor de klap tegen kast en paal maaide hij Marthe op de fiets omver. De hulpdiensten probeerden haar nog vergeefs te reanimeren. Ze stierf ter plaatse.
De 24-jarige automobilist was onder invloed van alcohol. Sommige media hadden het in de berichtgeving over ‘Fietsster sterft na aanrijding met auto’. Alsof de fietsster tegen een onbestuurde auto reed. Nergens werd in de kop van het artikel naar de (dronken) chauffeur verwezen. Dat werd nadien - na kritiek via sociale media - bijgestuurd.
Een ander voorbeeld met eveneens een dramatische afloop die week was de fietser die tegen een “openzwaaiende deur” was gereden in Maaseik. In sommige nieuwsberichten werd vermeld dat de fietser elektrisch reed. Alsof men wou aanstippen waar de oorzaak zich mogelijk situeerde. Nergens werd verwezen naar de chauffeur of de inzittende van de wagen die de deur - tegen de bepaling van het verkeersreglement in - opende en daarbij iemand in gevaar - in dit geval zelfs levensgevaar - bracht. Bovenstaande voorbeelden zijn legio. Elke week verschijnt er wel ergens een artikel met dergelijke titel.
Verkeersgeweld
Hoe kunnen de media verantwoord omgaan met het rapporteren van verkeersgeweld dat bijna dagelijks slachtoffers maakt op onze wegen? Verkeersgeweld dat sinds begin van deze eeuw meer dan 10.000 doden en een veelvoud aan zwaargewonden maakte in Vlaanderen. Tijd om alle actoren, inclusief de autobestuurder, wel te benoemen bij verkeersongevallen. Sommige van die ongevallen kan je zelfs onder de noemer verkeersmisdrijven catalogeren. In Groot-Brittannië zullen mensen die zich daar schuldig aan maken - door bijvoorbeeld dronken of met hoge snelheid iemand dood te rijden - binnenkort levenslang kunnen krijgen.
Het is duidelijk dat onderzoek steeds moet uitwijzen wie schuldig is en wat er precies aan de oorzaak van een ongeval ligt. Maar wat in het relaas van de feiten minstens even belangrijk is, is een correcte weergave van de actoren die betrokken zijn bij het verkeersongeval. Hoe valt te verklaren dat de rol van de autobestuurder meestal wordt ontzien? Heeft het te maken met hoe we sinds lang de auto zien als vervoermiddel: dé moderne manier om mobiel te zijn? Heeft het te maken met het feit dat we de ‘collateral damage’ van het autosysteem liefst zoveel mogelijk op de achtergrond houden? Of heeft het te maken met het niet willen zien van de systematiek in het verkeersgeweld, in het feit dat op vele plaatsen er nog steeds potentieel gevaarlijke conflicten kunnen ontstaan – die vroeg of laat tot doden zullen leiden?
De tijd voor een ander perspectief is gekomen: de modal shift is opgenomen in het Vlaamse regeerakkoord en de mobiliteitsminister zet in op betere mogelijkheden om te fietsen. En welk gemeentebestuur werkt niet aan autoluwere kernen en woonwijken? Het is dringend tijd dat we zorgvuldiger beschrijven wat tot de ernstige aanrijdingen heeft geleid. Een verantwoordelijkheid voor lokale politie én redacties: zowel de journalisten als de eindredacteurs, die vaak de titel formuleren bij het artikel. Tijd ook om initiatieven op dat vlak te nemen vanuit het beleid, mobiliteitsorganisaties en verenigingen voor verkeersslachtoffers. Daarbij kan volop inspiratie gehaald worden uit het buitenland, niet het minst Nederland en Groot-Brittannië.
De zelfrijdende auto is misschien voor de toekomst. Tot zolang maken autobestuurders net als voetgangers en fietsers fouten. Soms plegen ze misdrijven, soms is de verkeersinfrastructuur of de verkeersregeling een verklaring voor wat misliep. Dat goed beschrijven is het begin om draagvlak te vinden om de meest effectieve maatregelen te nemen om in de toekomst verkeersdrama’s te vermijden. Waarbij ook respect opgebracht wordt voor de slachtoffers en voor wie hen moet missen.
Wouter Florizoone is project & product development manager bij Transport & Mobility Leuven. Dirk Lauwers is mobiliteitsprofessor aan UGent en UAntwerpen.
(Foto: Belga/Eric Lalmand)