Enkele openbare omroepen, waaronder de VRT, en organisaties zoals de IFJ ondertekenden op 30 september een Brussels Declaration. Daarin kondigen ze acties aan om de veiligheid van journalisten en de onafhankelijkheid en kwaliteit van hun berichtgeving te vergroten.
Het gaat om een 'Brussels' Declaration omdat het aan de VRT en de RTBF toekwam om de jaarlijkse conferentie van de PBI (Public Broadcoasters International) te organiseren. Een belangrijk thema op de conferentie was de merkelijk toenemende onveiligheid van journalisten en mediamedewerkers wereldwijd. Zo werden er in 2020 ruim 900 aanvallen tegen journalisten in Europa geteld. Verscheidene landen kregen de voorbije paar jaar te maken met moorden op journalisten.
De PBI-conferentie werd dan ook afgesloten met een verklaring waarin een reeks omroepen en organisaties zich kanten tegen die evolutie. De Brussels Declaration omvat vijf principes:
1. We vergroten de veiligheid van journalisten, crews en mediaprofessionals
2. We komen op voor onafhankelijke publieke omroepen
3. We moedigen een intelligent en beschaafd democratisch debat aan
4. We ondersteunen een sterk nieuwsecosysteem met diverse bronnen
5. We bevorderen diversiteit, rechtvaardigheid en inclusie binnen onze organisaties en in de samenlevingen die wij dienen.
Frederik Delaplace, CEO van de VRT: "Persvrijheid is een hoeksteen van elke goed werkende democratie. Daarom is het zo beangstigend dat de laatste jaren de aanvallen op journalisten, verbaal en fysiek, hand over hand toenemen. Dat ondermijnt het werk van de redacties van publieke en commerciële media. We moeten actief ijveren voor de bescherming van onze pers, en als publieke omroep willen we daarbij het voortouw nemen."
Op de foto van links naar rechts: Jean Philip De Tender (EBU), Frederik Delaplace (VRT), Věra Jourová (Europese Commissie), Patrick Penninckx (Raad van Europa), Jean-Paul Philippot (RTBF) en Ernest Sagaga (International Federations of Journalists)