De JAM (Journalisten Auteurs Maatschappij) voert samen met andere auteurs- en ook uitgeversorganisaties campagne voor een aanpassing van de nieuwe reprografiewetgeving. Die regelt de vergoeding die de samenleving via Reprobel betaalt voor het collectieve recht van alle burgers om fotokopies te mogen maken van boeken, kranten en dies meer.
Tot voor kort kwam ruim de helft van deze sommen van een ‘apparatenvergoeding’, die door de producenten van fotokopie- en multifunctionele toestellen werd betaald en doorgerekend aan de kopers ervan. Maar na een gerechtelijk dispuut besliste de regering deze vergoedingswijze te schrappen. Enkel de gebruikers van apparaten betalen nu nog, in de vorm van een paginatarief.
Dat ligt dan wel 2,7 keer hoger dan vroeger, toch valt niet te verwachten dat de inkomsten van Reprobel op peil zullen blijven. Mogelijk zullen veel gebruikers van kopieapparaten hun aangiften nu terugschroeven of hun vergoedingen naar beneden heronderhandelen. Bovendien moeten de reprografierechten nu deels ook worden gedeeld met uitvoerende kunstenaars, muziek- en filmproducenten.
Al bij al verwachten de auteurs- en uitgeversorganisaties zich aan een halvering van de inkomsten die ze tot nu uit reprografierechten haalden. In 2015 ging het nog om nagenoeg 24,4 miljoen euro. “Verdeeld over alle auteurs en uitgevers gaat dit over een belangrijke inkomensbron voor hen”, zegt Anne-Lize Vancraenem, directeur van de JAM. “Als deze financiering nu opdroogt, krijgen velen het nog moeilijker om te leven van hun creatief werk.”
Auteurs- en uitgeversorganisaties lanceerden de internetcampagne www.voorwathoortwat.be. Aan de overheid wordt gevraagd om de fotokopiewet grondig bij te sturen. Aan alle gebruikers van apparaten wordt gevraagd om de wet hoe dan ook correct toe te passen. (PD)
