Niet enkel in Rusland, ook in Oekraïne en Wit-Rusland raakt de vrije pers steeds meer in de verdrukking. De hele regio wordt al vele jaren geteisterd door aanslagen op journalisten; straffeloosheid viert er hoogtij. Diverse journalisten uit de drie landen kwamen dinsdag in Brussel getuigen over de moeilijke omstandigheden waarin ze hun werk moeten doen.
Anna Politkovskaya is de 13de gedode journalist die in het Rusland onder Poetin te betreuren valt. Het gerechtelijk onderzoek naar de moord staat nog in de startblokken, maar de bezorgdheid in de journalistieke wereld is groot. Voorbeelden uit het recente verleden tonen dat justitie al eens durft falen. In Oekraïne is er 6 jaar na de feiten nog steeds geen opheldering over de moord op Gyorgy Gongadze, een journalist die brutaal vermoord werd tijdens zijn speurtocht naar corruptie in hogere kringen. Ook bij de moord op Veiranika Charkasava, gerespecteerd onderzoeksjournaliste en symbool van persvrijheid, is het 2 jaar later nog steeds tasten in het duister.
Volgens de IFJ moet het Kremlin hoe dan ook op zijn verantwoordelijkheden gewezen worden. Rusland verwijst graag naar zijn wetgeving waarin vrije meningsuiting gewaarborgd wordt, maar journalisten worden te veel aan hun lot overgelaten. (Doods)bedreigingen moeten serieus genomen worden en waar nodig moet bescherming geboden worden. Als het al te laat is, is adequaat gerechtelijk onderzoek het minste wat zich opdringt. Nog volgens de IFJ vormen de Europese energiebelangen in Rusland geen enkel excuus om het land niet fors onder druk te zetten. (IJ, foto: Photo News)