In korte tijd hebben Belgen voor ruim een verzesvoudiging gezorgd van de aangiften van inkomsten uit auteursrechten. SP.A Kamerlid Peter Vanvelthoven heeft daarover vragen gesteld aan Financiënminister Johan Van Overtveldt (N-VA). Dat blijkt uit een artikel van De Tijd, afgelopen zaterdag.
In 2011 werd voor 28,75 miljoen aan inkomsten uit auteursrechten aangegeven. Voor het aanslagjaar 2016 is dat opgelopen tot 180,29 miljoen euro. Dat komt, aldus De Tijd, omdat steeds meer beroepsgroepen en sectoren aanvoeren dat ze recht hebben op het lagere belastingtarief (en de hoge forfaitaire kostenaftrek) dat geldt voor auteursrechten. Onder meer informatici, websitebeheerders, consultants allerhande, allemaal vinden ze dat ze een deel van hun inkomsten fiscaal kunnen aangeven als auteursrechten. Meestal proberen de sectoren tot een belastingakkoord (een ruling) te komen voor hun hele sector. Zo hebben ook uitgevers van media en de VVJ een dergelijke akkoord bereikt met de fiscus, waarbij voor freelancejournalisten 50 procent van hun inkomsten als auteursrechten worden beschouwd. Vanvelthoven wil van Van Overtveldt weten wat de fiscus zal doen om het risico van een escalatie te vermijden.
In zijn antwoord geeft Van Overtveldt toe dat zeker niet alleen kunstenaars en auteurs gebruikmaken van de gunstige fiscale regeling, die sinds 2008 geldt. En de rulingcommissie krijgt almaar meer dossiers over auteursrechten te verwerken, zo blijkt. Volgens de minister van Financiën zal hij zijn administratie vragen een analyse te maken van de diverse rulings. Maar hij voegt eraan toe dat er geen concrete plannen zijn om de regels over auteursrechten te veranderen. Toch zet hij de deur op een kier: “Als er voorstellen komen, zal ik niet nalaten om die grondig te laten onderzoeken door mijn administratie.”
